Hoe Marjolein haar thuiskantoor redde van de chaos (en haar gezonde verstand terugvond)

Marjolein: ‘Toen ik voor het eerst thuis ging werken, dacht ik dat het een stuk makkelijker zou zijn dan op kantoor. Geen files, geen collega’s die je afleiden – wat kan er misgaan? Nou, mijn thuiskantoor was binnen de kortste keren een slagveld. Mijn kinderen gebruikten mijn bureau als speelplek, mijn laptop zat onder de crèmekleurige vlekken van een vergeten koffie en de stapel documenten leek wel een monument van administratie.’

‘Op een dag had ik genoeg. Terwijl ik mijn bureau opruimde (waarbij ik probeerde te voorkomen dat mijn kat de stapel papieren omver duwde), kwam ik tot een openbaring: als ik mijn thuiskantoor wilde laten werken voor mij, moest ik een paar simpele regels volgen. De volgende ochtend begon ik met de drie-dingen-regel: ik ruimde drie dingen op voordat ik mijn werk begon. Het was een kleine stap, maar het maakte mijn bureau een stuk overzichtelijker. Daarna stelde ik een ‘geen speelgoed’ beleid in. Mijn kinderen mochten alleen in mijn kantoor als ik er was – al was dat soms een uitdaging.’

‘En hoewel ik eerst dacht dat schoonmaken de minste prioriteit had, begon ik in te zien dat het ook een manier was om m’n hoofd leeg te maken. Elke keer als ik de rommel opruimde, voelde ik me een beetje meer in controle.’

‘Langzaamaan werd mijn thuiskantoor een plek waar ik niet alleen productief kon zijn, maar ook echt van mijn werk kon genieten. En als ik eens een chaosdag had, herinnerde ik mezelf eraan dat zelfs een half- opgeruimd bureau al een stap in de goede richting is. Kortom, mijn thuiskantoor redde niet alleen zichzelf, maar ook mijn humeur. En soms is dat alles wat je nodig hebt!