Je kent het vast: je kind loopt helemaal vast in de zenuwen voor een spreekbeurt, sporttoernooi of muziekoptreden. Die kriebels in de buik, die onrust – allemaal heel normaal, maar soms ook best lastig. Hoe help je jouw kind die spanning de baas te worden? Met deze praktische tips maak je zenuwachtige momenten samen een stuk draaglijker.
Waarom kinderen zenuwachtig worden
Zenuwen horen bij het leven, ook bij dat van kinderen. Ze voelen spanning als ze iets nieuws moeten doen, als ze beoordeeld worden of als ze bang zijn om fouten te maken. Die spanning komt meestal voort uit hun wens om het goed te doen, dus eigenlijk is het een teken dat je kind betrokken is bij wat het doet.
Wat belangrijk is om te weten: een beetje gezonde spanning is zelfs nuttig! Het zorgt voor alertheid en concentratie. Pas als de zenuwen zo groot worden dat je kind erdoor blokkeert, is het tijd om in actie te komen.
9 tips om je kind te helpen met zenuwen
1. Normaliseer de zenuwen
Vertel je kind dat zenuwachtig zijn volkomen normaal is. Iedereen heeft hier weleens last van – ook volwassenen. Door uit te leggen dat dit gevoel er gewoon bij hoort en vanzelf weer minder wordt, haal je al een groot deel van de stress weg.
2. Praat erover
Neem rustig de tijd om samen over die spanning te praten. Vraag waar je kind precies nerveus voor is. Soms helpt het al enorm als je gewoon luistert zonder meteen met oplossingen te komen. Door ruimte te maken voor alle gedachten en zorgen, hoe klein ook, voelt je kind zich gehoord.
3. Maak het voorspelbaar
Onbekende situaties zijn vaak extra spannend. Help je kind door samen te oefenen:
- Die spreekbeurt alvast thuis presenteren
- De route naar de nieuwe sportclub vooraf een keer rijden
- Samen bedenken wat er allemaal kan gebeuren en hoe je daarmee om kunt gaan
4. Leer ontspanningstechnieken
Ademhalingsoefeningen zijn ontzettend effectief bij zenuwen. Leer je kind bijvoorbeeld de ‘vierkante ademhaling’: vier tellen inademen, vier tellen vasthouden, vier tellen uitademen en weer vier tellen wachten. Dit werkt goed voor kinderen vanaf ongeveer 9 jaar.
5. Gebruik de 5-4-3-2-1 methode
Deze oefening helpt om in het moment te blijven. Vraag je kind om:
- 5 dingen te noemen die het ziet
- 4 dingen die het kan aanraken
- 3 dingen die het hoort
- 2 dingen die het ruikt
- 1 ding dat het proeft
Door zo bewust de zintuigen te gebruiken, komt je kind uit het piekergedrag.
6. Geef zelf het goede voorbeeld
Kinderen pikken jouw gedrag en houding feilloos op. Laat daarom zien hoe jij met spanning omgaat. Vertel eens over momenten waarop jij zenuwachtig was en wat je deed om daarmee om te gaan.
7. Focus op wat goed ging
Benadruk na afloop wat goed ging, zelfs als niet alles perfect verliep. Bijvoorbeeld: “Je stem trilde een beetje, maar je hebt de hele presentatie afgemaakt. Wat knap!” Dit helpt je kind inzien dat het de zenuwen heeft doorstaan.
8. Zorg voor voldoende rust
Een uitgerust kind kan beter met spanning omgaan. Let op voldoende slaap, vooral in periodes met extra druk of stress. Ook regelmatige pauzes tijdens het oefenen of leren helpen om de spanning behapbaar te houden.
9. Wees er gewoon voor ze
Soms is je kind gewoon zenuwachtig, punt. Op zulke momenten is jouw rustige aanwezigheid het belangrijkste wat je kunt bieden. Een knuffel, een hand vasthouden of gewoon naast elkaar zitten – nabijheid werkt geruststellend.
Wanneer zijn zenuwen meer dan normaal?
Bij de meeste kinderen zijn zenuwen tijdelijk en horen ze bij het opgroeien. Maar als je merkt dat de angst het dagelijks leven beïnvloedt, je kind vermijdingsgedrag vertoont of lichamelijke klachten krijgt (zoals buikpijn of slaapproblemen), is het goed om hulp te zoeken bij de huisarts of een kinderpsycholoog.
Onthoud dat je kind niet altijd moedig of perfect kalm hoeft te zijn. Jouw steun, geduld en begrip doen wonderen. En vergeet niet: die zenuwen gaan altijd weer voorbij!
Bron: CJG043, Kenniscentrum LVB, Ndigo / Beeld: Pexels